"Bij die cijfers heb ik mijn laptop dichtgeklapt"
Met jaarlijks twintig procent meer oproepen, een steile daling van de gemiddelde leeftijd waarop mensen voor het eerst vertellen over hun transgender zijn en aanhoudende zorgen om het mentale welzijn van trans personen, trok het Transgender Infopunt (TIP) enkele jaren geleden aan de alarmbel. “We werden zowat overspoeld door vragen”, vertelt prof. dr. Joz Motmans, bezieler van het TIP in UZ Gent. “Een groot stuk van ons werk is welzijnswerk, voor trans personen, maar ook voor hun partners, kinderen, ouders. Met onze samenwerking met het CAW slaan we de juiste richting in.”
Het transgenderthema lijkt de afgelopen jaren bespreekbaarder te worden door onder meer docureeksen en rolmodellen als Sam Bettens en Bo Van Spilbeeck. Neemt het taboe echt af?
Prof. dr. Motmans: “Het thema is inderdaad bespreekbaarder geworden. Dat merken we aan de sterke stijging van onze oproepen, maar ook aan de belangengroepen en praatgroepen die zich vormen. En gelukkig ook aan de toenemende aandacht van de overheid, zowel in financiering als in beleidsplannen waarin trans personen expliciet als doelgroep benoemd worden.
Ondanks die positieve signalen merken we dat het voor trans personen een struggle blijft om dé stap te zetten en hun verhaal te doen bij familie, vrienden en hun verdere omgeving. De angst voor afkeuring en om niet langer geliefd te zijn, blijft heel diep zitten.”
Over de leeftijdscategorieën heen?
Prof. dr. Motmans: “Eigenlijk wel. Voor dertigers en veertigers, die al een stuk van hun leven opgebouwd hebben, vaak met een partner en kinderen, ligt de drempel heel hoog. Jongeren van twaalf of dertien jaar die vandaag opgroeien, mogen vaak dan wel vlotter de taal vinden om te verwoorden wat er speelt, het blijft een enorme opgave om dit aan je ouders en vrienden te vertellen.
We kunnen het niet genoeg benadrukken: trans ben je niet alleen. Hoe jouw omgeving reageert op jouw verhaal, heeft een doorslaggevende impact. Partners, kinderen, ouders, broers en zussen zijn van onschatbare waarde. En ook zij verdienen de nodige ondersteuning want zij zitten eveneens met een pak vragen: zal mijn kind ooit gelukkig zijn, hoe zit het nu met onze relatie, hoe vertel ik dit op school…? We moeten oog hebben voor én de trans personen én hun omgeving. Daarom organiseren wij bijvoorbeeld ook partnergroepen waar partners van trans personen met hun eigen verhaal terechtkunnen en coördineren we het een-op-eenlotgenotencontact voor ouders en partners. Zij verdienen evenzeer steun en begeleiding. Tegelijk weten we dat trans personen die op zorg en steun mogen rekenen vanuit hun omgeving, mentaal sterker staan. Door de omgeving hulp te bieden, help je dus ook trans personen.”
En die mentale weerbaarheid blijft een bijzonder aandachtpunt voor trans personen.
Prof. dr. Motmans: “Dat klopt. De cijfers over suïcidegedachten en -pogingen blijven helaas hoog voor deze groep. De bespreekbaarheid en medische mogelijkheden kunnen dan wel verbeterd zijn, onderzoek toont duidelijk aan dat de mentale gezondheid van trans personen een zorgenkind blijft. Literatuur leert ons ook dat zware gedachten bij trans personen zeer vaak getriggerd worden door impulsen vanuit de omgeving: het gezin, de familie, de school, de werkplek. En dan mogen we zeker incidenten met discriminatie en geweld niet vergeten. Die cijfers liggen ongelooflijk hoog. Zo krijgt een op de vier trans personen te maken met fysiek geweld en een op de drie trans vrouwen met seksueel geweld. Toen ik die cijfers en verhalen ontdekte, heb ik voor het eerst in vijftien jaar onderzoek mijn laptop dichtgeklapt omdat het me te veel werd. Dit hou je niet voor mogelijk…”
Hoe kunnen we uit onze praktijk van hulpverlening een brug slaan met die niet mis te verstane signalen uit onderzoek en literatuur?
Prof. dr. Motmans: “Het is duidelijk dat we moeten inzetten op mentale ondersteuning van trans personen én sensibilisering van de bredere maatschappij. Het is volkomen logisch dat zoiets moet groeien, maar een samenwerking zoals met het CAW stemt me hoopvol. Een warm onthaal voor trans personen is immers cruciaal. Het is niet eenvoudig om je weg te vinden in de zorg en de hulpverlening. Bij een eerste gesprek al het gevoel krijgen dat mensen met respect naar jou luisteren en met jou willen meezoeken, dat zou heel wat trans personen en hun omgeving vandaag al enorm vooruithelpen. Als dat dan ook nog in je eigen buurt kan, wordt de drempel enkel kleiner. Met het CAW zetten we een grote stap vooruit.”
Dit interview werd eerder gepubliceerd in Magis, het magazine van CAW Oost-Vlaanderen.