Getuigenis

De nazorg van de slachtoffers van de gasontploffing in Turnhout

Op 31 december om tweeëntwintig over acht ’s morgens vernielt een gasexplosie een appartementsgebouw in de Boerenkrijglaan in Turnhout. Bij de ramp komen vier mensen om, er raken verschillende mensen gewond en de schade aan omliggende gebouwen is groot.

Nog diezelfde dag krijgt Peggy De Busser van Slachtofferhulp CAW Kempen de oproep om haar team klaar te houden voor wat komen zal: “Orde in die eerste chaos brengen betekent ook juiste informatie geven en bevestigen dat al die tegenstrijdige gevoelens oké zijn.”

“Bij een ramp komen eerst psychosociale managers van de Federale Overheidsdienst Gezondheid ter plaatse, nadien nemen wij de nazorg van de slachtoffers over. Bij deze ramp waren we sneller betrokken. De stad startte die vrijdag meteen met een crisislijn om bezorgde burgers en slachtoffers informatie te geven en zorgde voor een noodopvang voor de bewoners die geen woning meer hadden. Daar was CAW al aanwezig.”

Eerst orde in de chaos brengen

“Het ging toen om de meest dringende hulp; onderdak, kleding, medicatie, dringende financiële steun. Zondag zijn we begonnen met de slachtoffers op te bellen en te vragen hoe het met hen ging en welke noden ze hadden. Dat gaat niet alleen om de rechtstreekse slachtoffers en hun nabestaanden en naastbestaanden. Ook iemand die op het moment van de ontploffing met de hond aan het wandelen was of bij de bakker stond en de knal hoorde kan nood hebben aan een gesprek.“

Het team van Peggy heeft dagelijks overleg met de stad, de woningmaatschappij De Ark, Welzijnsonthaal en het OCMW om na te gaan of alle noden in kaart zijn gebracht en of ze alle vragen van slachtoffers kunnen beantwoorden.

“Dat ging over opvang, over het onbewoonbaar verklaren van woningen, over de nutsvoorzieningen, of ze nog spullen uit het puin konden halen … Het kwam er in de eerste dagen op aan daarin structuur te brengen; ervoor te zorgen dat slachtoffers gericht gebeld werden en dat er aan alles gedacht was.

We moesten voortdurend checken wie we al wel of niet hadden kunnen bereiken. Er was ook een bloemenperkje ter ere van de slachtoffers. Ook daar stonden we bij stil; hoe kan je er voor zorgen dat het een mooie plek kan worden en niet voor overlast zorgt?

Grote nood aan informatie

“Er was ook een grote nood aan informatie. Mensen wilden weten wat er precies gebeurd was. Welk materiaal werd er ingezet? Waarom werd er een tunnel gegraven? Waarom moest een van de slachtoffers nog zo lang onder het puin zitten? We organiseerden daarom snel een informatievergadering. Slachtoffers die in het ziekenhuis lagen, konden die digitaal meevolgen.

Daar kregen ze bijvoorbeeld een heel gedetailleerde tijdslijn met welke hulp wanneer ingeschakeld was. Vanuit CAW Slachtofferhulp vertelden we hoe een verwerkingsproces verloopt, dat het normaal is om bepaalde dingen te voelen, geconfronteerd te worden met uiteenlopende gevoelens. Die vergadering bracht wat rust.”

Tegengestelde gevoelens zijn normaal en helemaal oké

“Ook bij de medewerkers van de stad was er de nood om hun ervaringen te delen. Daarom organiseerden we groepsmomenten: van administratieve kracht tot maatschappelijk werker, van hulpverlener tot manager… ze wilden het verhaal nog eens reconstrueren. We konden ook daar bevestigen dat gevoelens van boosheid en frustratie normaal zijn, net zoals midden in de nacht plots wakker schieten.”

Ondertussen begeleidt Slachtofferhulp van CAW 51 slachtoffers van de gasexplosie. Die komen bovenop de andere slachtoffers die ze voor de ramp al begeleidden.

“Momenteel zijn veel van de vragen nog heel praktisch. De meeste mensen zijn bezig met de verhuizing. De Ark heeft in een recordtempo een nieuwe woonst gevonden voor alle slachtoffers en voor de inboedel kunnen ze terecht bij de vrijwilligersorganisatie Warm Turnhout. De vragen gaan dan vaak over aansluitingen en verzekeringen. Maar vorige week is er bijvoorbeeld nog een poes gevonden van een van de overledenen. Wat gebeurt daarmee? Kan die bij familie terecht?

De begeleiding van deze slachtoffers zal nog een hele tijd duren. Er volgt nog een juridisch luik, waar we samenwerken met de dienst Slachtofferonthaal van het parket. En dan is er uiteraard de emotionele en psychosociale ondersteuning.

Slachtoffers kunnen nog een hele tijd gevolgen ondervinden van wat er is gebeurd. Ook daarvoor zijn we er. Als het nodig is, verwijzen we door naar gespecialiseerde hulp. We zullen hen bijstaan om proberen weer een evenwicht te vinden tussen stilstaan bij wat er gebeurd is en verder te gaan met hun leven.”

Beeld: Jan Govaerts
Interview: Annik Verheyen