“Het maakt toch niet uit wat ik doe” tackelen met kleine stapjes - begeleiding preventie van uithuiszetting

Jaarlijks worden duizenden gezinnen uit hun huis gezet. Een uithuiszetting heeft ernstige gevolgen. Ze leiden vaak tot dak- en thuisloosheid en veroorzaken hoge maatschappelijke kosten. We moeten ten allen tijden vermijden dat mensen hun woning verliezen. Via een preventieve en aanklampende aanpak zet de CAW-hulpverlener actief in om een gedwongen uithuiszetting te vermijden. De CAW’s (Centrum Algemeen Welzijnswerk) vechten voor een betaalbare, duurzame en veilige woning voor iedereen.

De CAW’s zetten, samen met partners zoals het OCMW en de sociale verhuurkantoren, in op het voorkomen van een uithuiszetting. De focus ligt op het behouden van de woning via een preventieve aanpak. Zo zorgen we voor een verhoogde levenskwaliteit, minder uithuiszettingen en minder dak- en thuislozen.

“Het recht op wonen is een mensenrecht dat verankerd wordt in artikel 23 van de Grondwet. Door een uithuiszetting verliest een individu zijn woonzekerheid en mogelijks ook zijn recht op wonen.” aldus Vanessa , hulpverlener CAW.

We maken ons ernstige zorgen over de nabije toekomst omwille van de COVID19-pandemie. Er is een reële kans dat meer gezinnen geconfronteerd worden met een dreigende uithuiszetting doordat meer gezinnen te maken krijgen met inkomensverlies en hun huishuur daardoor steeds moeilijker kunnen betalen. Bovendien wordt de werking van de CAW’s sterk bemoeilijkt door COVID19. Fysiek afstand houden, is onmogelijk bij een persoonlijke en proactieve benadering. En net deze aanpak zorgt bij complexe situaties voor de beste resultaten.

7 op 10 huurders van een sociale woning

Er zijn weinig cijfers beschikbaar over het aantal uithuiszettingen en dreigende uithuiszettingen waardoor de mogelijke doorstroom naar de hulpverleningsorganisaties niet duidelijk is.

In 2019 begeleidde de CAW’s 1.217 cliënten omwille van een dreigende uithuiszetting. De begeleiding wordt voornamelijk ingezet bij huurders van een sociale woning (71%). 52% mannelijke cliënten en 7% jongvolwassenen tussen 18 en 24 jaar.

“Weggooien lukte me niet”

We richten onze begeleidingen op personen die dreigen hun woning te verliezen als gevolg van wooncultuur en een gebrek aan woonvaardigheden. Een diverse doelgroep met een complexe combinatie van financiële, sociale, relationele en gezondheidsproblemen. Deze problemen liggen vaak aan de grondslag van de meer zichtbare problemen die de basis vormen van de dreigende uithuiszetting. Bijvoorbeeld, een trauma dat aan de basis ligt van verzamelwoede. Het is dan ook belangrijk om, indien hier ruimte voor is bij de cliënt, dit te benoemen en de ondersteuningsnoden in kaart te brengen. Zo kan gericht begeleiding worden opgestart en verduurzaamt de preventie van uithuiszetting.

“Ik had enorm veel moeite met opruimen en spullen die ik niet meer gebruikte, weggooien lukte me niet. Het hele huis lag vol met materiaal, kleding, spullen, … De winkelzakken met voedingswaren bleven staan in plaats van dit in de kast te zetten. De afwas stapelde zich op. Ik kom me hier niet aanzetten.” vertelt Nelly, cliënte bij het CAW.

De aard van de problemen en onderliggende oorzaken beïnvloeden sterk het begeleidingstraject in aanpak, duur en intensiteit. De gemiddelde duur van een begeleidingstraject is 7 maanden.

Hoogste slaagkans dankzij tijdige aanmelding

Het is zeer belangrijk dat cliënten tijdig worden aangemeld. Zo heeft de preventieve begeleiding de hoogste slaagkans. Dit vraagt een tijdige aanmelding vanuit externe organisaties, zoals huisvestigingsdiensten, sociale huisvestigingsmaatschappij, sociaal verhuurkantoor of OCMW.

“Ik ben bij het CAW terechtgekomen na een onverwacht bezoek van de Stad. Mijn huis was onveilig door brandgevaar en opeenstapeling van spullen. Ze raadden een begeleiding bij het CAW aan zodat ik mijn huis niet zou verliezen.”  vertelt Nelly, CAW-cliënt.

De CAW’s werken al jaren duurzaam samen met sociale huurvestigingsdiensten. Op regelmatige basis wordt de samenwerking besproken en worden wederzijdse verwachtingen afgestemd. Ook met andere partners gaat men regelmatig in gesprek omtrent het aanbod en manier van samenwerken.

Hoe uithuiszetting vermijden?

Aanklampend werken 

“Een eerste belangrijke actie is in contact treden met de cliënt. Dit doen we aan de hand van een actieve en outreachende hulpverlening.” zegt Jelle– hulpverlener CAW. Een cliënt wordt aangemeld door een externe organisatie en stelt dus zelf geen hulpvraag. “Via bemoeizorg zal er getracht worden om een begeleidingstraject op te starten.  De hulpverlener is hier zeer aanwezig, doet moeite voor de persoon, toont de neutrale positie van het CAW. Zo zorgen we ervoor dat we de persoon mogen contacteren.”

Een actieplan op maat 

De hulpverlener gaat samen met de cliënt aan de slag om kleine stappen voorwaarts te zetten, zoals samen opruimen en het netwerk van de cliënt verkennen.

“Ik kon bepaalde zaken niet alleen. Jelle heeft me geholpen om kleding weg te brengen die ik niet meer droeg. Zo kon ik de mooie dingen houden. Ik had het nodig dat iemand me ondersteunde en me een duwtje in de rug gaf om eraan te beginnen” vertelt Nelly, CAW-cliënt.

Wederzijdse motivatie om aan gestelde doelen werken is cruciaal in deze begeleidingsvorm. Inspraak en participatie staan centraal, de resultaten krijgen vorm doorheen het traject. “Binnen procesmatig werken houden we continu rekening met alle verwachte en onverwachte gebeurtenissen in het veranderingsproces.” aldus Vanessa– hulpverlener CAW.

Jelle, hulpverlener CAW: “Ik bekijk het soms als een schoolcarrière. Niemand kan op voorhand zeggen dat hij/zij een diploma gaat halen. Maar als men na elke examenperiode slaagt voor enkele vakken, dan zit de moed om verder te doen en toch meer te presteren erin. Maar als elke examen periode slecht of negatief is, ondanks te studeren, dan komt men in een onzekerheid. Dan lijkt welke actie men ook onderneemt zinloos. Duidelijke afspraken en een werkplan maakt dat je stapjes vooruit kan zetten en dat geeft mensen terug vat op hun leven. Dat maakt dat de welgekende zin ‘het maakt toch niet uit wat ik doe’ kan omslagen!”

“We moeten terug beginnen op een punt waar we pre-corona voorbij waren.”

“Tijdens de coronalockdown werden we genoodzaakt om onze huisbezoeken uit te stellen. Dit had invloed op lopende begeleidingen.” – Jelle– hulpverlener CAW. Zo hebben begeleidingen een tijdje ‘on hold’ gestaan. Enkel digitaal en telefonisch contact was toegelaten. Het is enorm moeilijk om cliënten te bereiken, een vertrouwensband staande te houden en aanklampend te werken als je elkaar niet fysiek kan ontmoeten. Een ‘on hold’ begeleiding staat bij deze begeleidingsvorm gelijk met achteruitgang. Hulpverleners hebben geen zicht op de huidige situatie en kunnen niet kort op de bal spelen. De kans is groot dat de situatie is geëscaleerd.

Daarnaast is het sociaal contact bij vele cliënten grotendeels weggevallen. De wekelijkse bezoeken van hulpverleners en vrijwilligers werden uitgesteld. Weinig volk komt over de vloer. Veel van onze cliënten hebben geen bubbel aan nauwe contacten. “Wanneer we terug op huisbezoek konden gaan, zeiden veel cliënten: ‘Eindelijk zie ik terug iemand’’. zegt Jelle.

Michel, CAW-cliënt verduidelijkt: “Je ziet wel mensen op straat, maar je kan niet meer met je hobby bezig zijn. Ik verzamel al jaren munten. Met de hobbyclub komen we wekelijks samen om munten uit te wisselen. Dat lukte een tijdje niet meer”.

Nu fysieke contacten terug mogelijk zijn, loopt de heropstart van een intensieve begeleiding anders dan de eerste opstart. “We moeten terug beginnen op een punt waar we pre-corona reeds voorbij waren.” verduidelijkt Jelle– hulpverlener CAW. “Je moet terug een band opbouwen. De mensen zijn gewoon dat wij wekelijks aan huis komen.”

8 op 10 kan woning behouden na preventieve begeleiding

Een begeleiding preventie van uithuiszetting maakt het mogelijk dat men kan werken aan problemen vanuit een vaste verblijfplaats. De woning is het beginpunt, niet het eindpunt.

“Veel cliënten kennen een geschiedenis aan uithuiszettingen en dergelijke. Elke nieuwe uithuiszetting is een traumatische ervaring (schaamte, kwaadheid, vermoeid, ect). Het terug zoeken naar een nieuwe woonst en werken aan dergelijke woonvaardigheden wordt bemoeilijkt, als men geen vaste woonplaats heeft. Het ‘komaan herpakt u’ wordt telkens moeilijker.” – Jelle, hulpverlener CAW.

Zowel op de private als op de sociale huurmarkt kan zeven op tien cliënten het begeleidingstraject afronden (cijfers CAW Oost-Vlaanderen). Bij 8 op 10 van de afgeronde begeleidingen op de sociale huurmarkt kon de huurder de woning behouden. Bij 4 op 10 van de afgeronde begeleidingen op de private huurmarkt kon uithuiszetting uiteindelijk vermeden worden (sociaal.net).

“De laatste tijd kan ik mijn eigen duwtje in de rug zijn. Zo heb ik momenteel een doos in de keuken staan voor karton en papier. Als de doos vol is, dan breng ik dit meteen weg. Jelle vindt het ook dat ik het beter doe. Hij ziet het elke keer als er iets veranderd is: ‘Er is meer plaats’ zegt hij dan. Dat doet me deugd, want we weten allebei vanwaar ik kom.” vertelt Nelly, CAW-cliënt.

Wat na uithuiszetting?

De meeste mensen die uit huis worden gezet, verhuizen naar een goedkopere woning of verblijven bij iemand uit het sociaal netwerk (vrienden of kennissen). Zij worden thuisloos. Daarnaast is er een significant deel dat dakloos wordt.

22,4% van de cliënten in thuislozenzorg van het CAW kwam daar terecht omwille van een uithuiszetting. Hetzelfde bij 12,5% van de cliënten bij begeleid zelfstandig wonen van het CAW. 24,4 % van de mensen in een  doorgangswoning OCMW kwam hierin terecht als gevolg van een uithuiszetting (nulmeting dak- en thuisloosheid Vlaanderen, Meys & Hermans, 2014).

Vanessa, hulpverlener CAW: “We zien door corona een toename van het aantal mensen dat opvang zoekt. Minstens één cliënt/gezin per dag zoek opvang, meestal als gevolg van een (uitgestelde) uithuiszetting of door een relatiebreuk. Het recht op wonen van deze mensen kan vaak niet gerealiseerd worden omwille van het grote tekort aan opvang en betaalbare (sociale) huisvesting. Dit maakt dat wij dagelijks mensen terug moeten laten vertrekken zonder oplossing, zeker grote gezinnen. Dit blust mij uit. De good practice van begeleiding preventie van uithuiszetting zorgt dat mijn vuurtje blijft branden.” 

Wat brengt de toekomst?

Een enorm hectische en onzekere periode ligt achter, maar ook voor ons. We weten namelijk niet wat ons nog te wachten staat. “Bij verschillende cliënten werden deadlines waar we naar toe werkten, uitgesteld. We hebben nog geen nieuwe data ontvangen. Wanneer dit dus kan doorgaan, is moeilijk te bepalen. Dit zorgt voor onzekerheid’. zegt Jelle – hulpverlener CAW.

Ook op langere termijn zal deze crisis zijn sporen nalaten bij een zeer kwetsbare groep. Het is dan ook belangrijk dat er voldoende aandacht is voor het preventief werken en de kracht hiervan.