Leuven lanceert actieplan tegen dak- en thuisloosheid
Exact een jaar geleden nam Leuven als eerste Vlaamse stad het initiatief om het aantal dak- en thuisloze personen op haar grondgebied te tellen en een aantal gegevens van deze mensen in kaart te brengen. Een jaar later ligt er een ambitieus actieplan klaar om dak- en thuisloosheid te voorkomen en te bestrijden. Op 22 februari engageerden tientallen Leuvense organisaties zich officieel om het actieplan samen uit te voeren. Het actieplan is het gezamenlijke kompas om de krachten nog effectiever te bundelen in de strijd tegen dak- en thuisloosheid.
Tien strategische doelstellingen, vertaald in negentig actiepunten
Het actieplan dak- en thuisloosheid bouwt verder op de resultaten van de Leuvense telling en op feedback en input van de partnerorganisaties zoals het Centrum Algemeen Welzijnswerk en de basiswerkingen. Ook de lessons learned tijdens corona werden vertaald in duurzame acties. Het plan omvat tien strategische doelstellingen.
- Het Leuvense netwerk zet in op preventieve initiatieven om dak- en thuisloosheid maximaal te voorkomen.
- Het Leuvense netwerk werkt prioritair aan woongerichte oplossingen.
- Het biedt voldoende en stabiele hulpverlening en begeleiding op alle levensdomeinen.
- Het zet in op proactieve rechtenverkenning en op een maximale toekenning van rechten.
- Het zorgt voor een divers aanbod aan opvang voor tijdelijk verblijf.
- Het zorgt voor toegang tot basisvoorzieningen voor wie dak- of thuisloos is.
- Het schenkt bijzondere aandacht aan enkele specifieke doelgroepen, namelijk jongvolwassenen, ouderen, woonwagenbewoners, nieuwkomers, mensen die ziek zijn of een beperking hebben, sofaslapers en kinderen van dak- of thuisloze ouders.
- Het zet in op participatie van wie dak- of thuisloos is binnen begeleiding en beleid.
- Het zet in op samenwerking en afstemming.
- Het werkt aan continue monitoring van en kennisopbouw over dak- en thuisloosheid.
Deze doelstellingen werden vertaald in negentig actiepunten: een breed scala aan maatregelen, gaande van overleg en afstemming tot gerichte interventies. Reeds lopende acties werden geïntegreerd om een zo volledig mogelijk beeld te krijgen van al wat direct en indirect kan helpen in de strijd tegen dak- en thuisloosheid. Schepen van wonen, Lies Corneillie, nuanceert dat het actieplan nooit ‘af’ is, maar voortdurend in constructie blijft: “We blijven alert voor nieuwe uitdagingen en zien de lokale strategie als een work in progress dat voortdurend vraagt om bijschaving, verfijning en focus. We houden de vinger aan de pols door regelmatig overleg met alle betrokkenen en zullen driejaarlijks een telling organiseren.”
Een centrale regie voor een slagkrachtig beleid
Stad Leuven stelt een coördinator aan om het actieplan op te volgen, samenwerking te faciliteren en het netwerk te ondersteunen. Iedere actie wordt bovendien gelinkt aan een ‘aanspreekpunt’ vanuit een stadsdienst of partner binnen groep Leuven. Van de dienst wonen tot de preventiedienst, van het Huis van het Kind tot het buurtwerk. Schepen van wonen, Lies Corneillie en schepen van zorg en welzijn en voorzitter van het bijzonder comité voor de sociale dienst Bieke Verlinden: “Deze coördinator zal zorgen voor de nodige afstemming en het overzicht behouden in de veelheid aan actielijnen. Daarnaast kunnen we niet voldoende benadrukken dat de rol van de betrokken stadsdiensten tegelijk ook een nederige rol is. Het grote werk gebeurt op het terrein, door professionele en vrijwilligersorganisaties. Het lokale actieplan is ook en vooral van hen. De coördinator zal een belangrijke opdracht hebben in het waarderen en ondersteunen van dit netwerk.”.
Recht op wonen als basis
Het recht op wonen is een grondrecht. Het verwerven en behouden van een woonst is dan ook het zwaartepunt van het Leuvense actieplan. “Onder deze strategische doelstelling vinden we een diversiteit aan acties: de toegang tot betaalbaar wonen vergroten, een betere afstemming realiseren tussen verschillende vormen van woonbegeleiding, een sterke inzet op het voorkomen van uithuiszetting maar ook de oprichting van een ‘woonpunt’ om huurders en verhuurders bij te staan en zo te voorkomen dat problemen escaleren”, zegt schepen Corneillie.
Schepenen Verlinden en Corneillie geven aan dat ook de opstart van Housing First past binnen de woongerichte oplossingen: “De Leuvense telling bracht aan het licht dat 62 personen al meerdere jaren dakloos zijn en daarbovenop ook te kampen hebben met een ernstige verslaving en/of psychische problematiek. Housing First is er specifiek voor hen. Er wordt eerst en vooral een stabiele woonst gezocht, de begeleiding is op maat en wordt opgenomen door een team dat heel divers is samengesteld. In februari tekende de eerste huurder zijn contract.”
Maar woongerichte oplossingen zijn geen makkelijke of snelle oplossingen. Het recht op wonen botst op wachtlijsten, voorwaarden, huurprijzen en andere drempels. Tijdelijke opvang blijft dan ook nodig. Schepen Verlinden benadrukt dat ook tijdelijke opvang meer is dan het bieden van een bed, bad en brood: “We koppelen een divers aanbod van warme bedden aan begeleiding en proberen ook via die weg mensen te laten doorstromen naar duurzame woonoplossingen. Corona bevestigde dat we af moeten van de slaapzalen die lange tijd standaard waren in de daklozenopvang. De acties voor tijdelijke opvang voorzien dan ook een- of tweepersoonskamers.”
Lokale besturen hebben slechts enkele sleutels in handen
Leuven heeft nu de gedragenheid, een fijnmazig netwerk, een lokale strategie en een actieplan. Het bestuur, de stadsdiensten en het werkveld staan grotendeels met de neuzen in dezelfde richting. Onder de Leuvense inwoners zijn er bovendien veel geëngageerde mensen die mee willen denken en ook zelf de handen uit de mouwen steken. De schepenen kijken hoopvol naar de toekomst en naar de stappen die samen zullen worden gezet: “We zijn zeker ambitieus maar voelen ook een grote bescheidenheid. Want eigenlijk is de zorg voor de meest kwetsbaren niets om mee uit te pakken. Het is de basis van een zorgzame en menselijke samenleving en schiet sowieso tekort. De strijd tegen dak- en thuisloosheid is altijd ook een strijd tegen gelatenheid en verbolgenheid, tegen frustratie en ontmoediging”.
Leuven is geen eiland en de schepenen verzuchten dat het lokaal bestuur slechts enkele sleutels in handen heeft: “We voelen de nood aan een ruimer debat over en een gedeeld engagement voor de meest kwetsbaren onder de kwetsbaren, over de zorg-mijders en de groepen waarmee de reguliere instanties vaak geen weg weten. We voelen het gemis van een geëngageerd en aanklampend Vlaams en federaal beleid in de strijd tegen dak- en thuisloosheid.”